Gedicht voor mijn pap die gister (27 okt) begraven
Voor de mensen die graag het gedicht willen lezen die ik voor mijn pap heb geschreven tijdens zijn ziektebed...
Hij is 4,5 maanden ziek geweest. We hebben hem gisteren, 27 oktober, begraven.
Hij zou overmorgen, 30 oktober, pas 60 geworden zijn.
Ik ben nu 31 weken zwanger.
Het is nogal dubbel allemaal, het verschil tussen (nieuw) leven en dood...
‘Beiden drinken we Yoki…’
Beiden hebben we een echo.
Ik heb een echo bij de verloskundige: ik ben in verwachting, wat ontzettend fijn!
Jij hebt een echo, gevolgd door een CT scan en een punctie. Wat deed dat verschrikkelijk pijn.
Beiden zijn we misselijk.
Ik ben misselijk, want er is een baby’tje op komst. Dat is positief.
Jij bent misselijk, want de kanker tast je organen steeds meer aan. Negatief.
Beiden ontdekken we een medische wereld.
Er zijn allerlei controles nodig voor een kindje op komst. En wat is er toch veel te koop.
Jij ontdekt de wereld van ziekenhuizen, dokters, medicijnen , chemo’s en injecties. Is er nog hoop?
Beiden hebben we moeite met geuren.
Bij mij is mijn reukorgaan sterker geworden. Dat hoort er bij.
En jij moet niet aan eten denken. Je eetlust is totaal voorbij.
Bij ons beiden verandert ons lichaam.
Door de zwangerschap word ik steeds dikker, daar ontkom ik niet aan.
En jij… jij wordt alleen maar dunner. Dat zie ik pas echt goed, als je gaat staan.
Beiden moeten we andere kleding kopen.
De wereld van positiekleding, er gaat er een onbekende wereld voor me open.
Voor jou gaan we op zoek naar maat L, in plaats van de vertrouwde maat XXXXL te kopen.
Allebei zijn we steeds meer moe.
Ik ben lichamelijk moe, door alle veranderingen, vooral fysiek.
Jij slaapt tegenwoordig meer en meer, gewoonweg niet meer energiek.
Beiden drinken we Yoki.
Ik hou tegenwoordig erg van melkproducten. Dat gaat er wel in.
Voor jou is het zo’n beetje nog het enige dat je lust. Zolang het maar koud is, zoals ook een milkshake, is het naar je zin.
Mensen willen ons beiden graag nog zien.
Bij mij omdat ze mijn bolle buik niet willen missen en graag willen bewonderen.
Bij jou omdat ze hopen nog een laatste waardevol gesprek met je te mogen hebben, je bent tenslotte een bijzondere.
Beiden lopen we op een andere manier als voorheen.
Ik beweeg lastiger. Even wennen aan een baby in mijn lijf.
Voor jou wordt lopen steeds moeilijker, elke week iets meer. Als jij loopt, lijk je stram en stijf.
Beiden proberen we dingen te regelen.
Ik voor de komende baby, maar ook voor jou: dat jij het nog goed hebt in je laatste dagen.
Voor jou is het belangrijkst dat alles voor mam zo goed mogelijk geregeld is, dat is waar jij zorg voor wilt dragen.
Maar beiden balen we onwijs van deze rotsituatie.
Ik vind het verschrikkelijk je zo te zien aftakelen. Stomme rotziekte en natuur.
En jij zegt hardop, dat je eigenlijk ook hoopt dat het niet al te lang meer duurt.
Beiden zijn we niet bang.
Want als jij er niet meer bent, heb ik nog mijn lieve familie, ons kindje, en een Hemelse Vader.
En jij ben niet bang om te sterven, want God voelt nu al zo dichtbij. Hij was altijd al jouw Kader.
We voelen beiden veel liefde.
Ik voel het voor jou, voor jouw vrienden, en voor ons gezin.
Jij voelt het voor ons allemaal. Jij staat er middenin.
Beiden denken we na over de toekomst.
Ik wil liever niet zonder jou papa. Wat een gemis voor mijn kind, gezin en in mijn leven.
Maar pap, jij zal bij God zijn, net als je nu al bent, het vervolg van je Eeuwige Leven.
8 Comments
Recommended Comments